Om onze huid te beschermen tegen schadelijke UV-stralen kunnen we gebruik maken van zonnefilters. Deze filters kunnen worden opgedeeld in fysische (ook wel bekend als minerale) en chemische zonnefilters. Beide soorten filters hebben een andere werking met daarbij hun eigen voor- en nadelen. In deze blog leg ik u graag het verschil ui tussen fysische vs. chemische zonnefilters.
Chemische filters:
Een chemische zonnefilter wordt opgenomen door de huid waar hij de UV-A en UV-B stralen te absorbeert. Dit maakt de UV-stralen onschadelijk. Een chemische zonnefilter heeft ongeveer 30 minuten nodig om door de huid geabsorbeerd te worden voor hij zijn werk optimaal kan doen, het beste is dus om deze 30 minuten voor bloodstelling aan zon aan te brengen.
Het voordeel van een chemische filter is dat hij redelijk waterbestendig kan zijn, doordat de filter in de huid dringt en minder makkelijk af te spoelen is.
Doordat chemische zonnefilters in de huid opgenomen worden is de kans dat ze tot een huidreactie lijden groter als bij fysische zonnefilters. Bij sommigen kan een chemische zonnefilter zorgen voor huidirritatie, zonnebultjes en contactallergie.
Helaas zijn de productenten van zonnebrandcrémes zich maar al te goed bewust van het feit dat lang niet alle consumenten weten waar ze op moeten letten bij het kopen van een zonnebrand. Hieronder zet ik graag op een rij welke chemische filters doorgaans zonder problemen gebruikt kunnen worden en welke je beter kunt vermijden.
Een aantal chemische zonnefilters die je beter zou kunnen vermijden zijn:
Benzophenone-3
Ethylhexyl Methoxycinnamate
Octyl Methoxycinnamate
Octocrylene
Gelukkig zijn er ook een aantal goede chemische zonnefilters die stabiel zijn, niet in de bloedbaan dringen en niet voor huidirritatie of allergie zorgen. Een aantal goede chemische zonnefilters zijn:
Bis-Ethylhexyloxyphenol Methoxyphenyl Triazine
Diethylamino Hydroxybenzoyl Hexyl Benzoate
Ethylhexyl Triazone
Methylene Bis-Benzotriazolyl Tetramethylbutylphenol (nano)
Het zijn flinke lange namen, maar wellicht helpt het als je deze blog erbij houdt tijdens het uitzoeken van jouw zonnebrandcrème!
De fysische/minerale zonnefilter
Fysische zonnefilters worden ook wel minerale zonnefilters genoemd. Een fysische zonnefilter legt een beschermlaag OP de huid als een soort spiegel die UV-straling weerkaatst. Hij blijft dus als een laagje op de huid liggen en trekt, zoals een chemische zonnefilter, niet in de huid. Doordat een fysische zonnefilter niet is de huid trekt is de kans dat hij tot een huidreactie leidt vele malen kleiner als bij chemische zonnefilters.
Er zijn maar twee ingrediënten die een fysische zonnefilter vormen, zinkoxide en/of titaniumdioxide. Ze kunnen los of samen worden gebruikt en hoe groter het percentage zink- en/of titaniumdioxide, hoe hoger de beschermingsfactor. Het nadeel van deze zonnefilters is dat ze wit van kleur zijn en dus in hogeren percentages een witte waas op de huid achterlaten. Door de fileters in microscopisch kleine deeltjes te knippen, wordt de crème transparanter. Deze techniek wordt nanotechnologie genoemd. Over het gebruik van nanotechnologie bestaat veel discussie, omdat ze zo klein beweren sommigen dat ze alsnog in de huid opgenomen worden.
Doordat fysische filters geen huidirritatie of allergische reacties geven zijn ze ook geschikt voor kinderen en baby's. Daarnaast werkt een fysische zonnefilter direct na het aanbrengen, dus geen inwerktijd van 30 minuten. Een fysische zonnefilter voorkomt tevens dat er warmte van UV-straling in de huidlagen komt, dit kan fijn zijn voor de gevoelige, geïrriteerde of al verbrande huid.
Een fysische filter is wel minder waterbestendig, juist doordat deze op de huid blijft liggen en van de huid af te poetsen is. In principe zou je met deze zonnefilter moeten hanteren dat je direct na elk contact met water een nieuwe laag zonnebrandcrème aanbrengt.
Welke factor en hoeveel?
Uit steeds meer onderzoeken blijkt dat, voor de beste bescherming, factor 30 en factor 50 de beste keuzes zijn.
Tijdens een daje strand of op vakantie wordt aanbevolen elke 2 uur 2 mg zonnebrandcréme per cm2 huid te smeren. Dit komt neer op 1 theelepel zonnebrandcrème voor gezicht en hals, 2 theelepels voor armen en schouders, 2 theelepels voor borst, buik en rug en 2 theelepels voor benen en voeten.
Vaak krijg ik de vraag of je nog wel voldoende vitamine D aanmaakt wanneer je je insmeert volgens de richtlijnen zoals hierboven. Het antwoord is ja!
Het gebruik van zonnebrandcrèmes voor dagelijkse en recreatieve fotoprotectie brengt de vitamine D-synthese niet in gevaar, zelfs niet wanneer ze onder optimale omstandigheden worden aangebracht.
Verschillende onderzoeken laten zien dat er nog voldoende vitamine D word aangemaakt, ook wanneer de zonnebrand volgens de richtlijnen wordt gebruikt.
Hoe kan dit? Een zonnebrandcréme bied geen 100% bescherming tegen de UV stralen. Indien gebruikt als volgens de richtlijnen wordt 93% van het UV-gehalte geblokkeerd door een créme met SPF 15, 96% van het UV-gehalte geblokkeerd door een créme met SPF 30 en 98% van het UV-gehalte geblokkeerd door een créme met SPF 50.
Wanneer niet volgens de richtlijnen wordt gebruikt liggen deze percentages vele malen lager.
Door het ontbreken van 100% bescherming wordt er dus nogsteeds voldoende vitamine D aangemaakt en krijg je ook nogsteeds een kleurtje!
Conclusie
De ideale zonnebrand:
bevat minimaal een factor 30;
beschermt tegen zowel UV-A en UV-B;
bevat een combinatie van chemische en fysische zonnefilters;
is waterbestendig;
bevat geen irriterende stoffen zoals agressieve alcoholen, parabenen en parfum.
Op zoek naar een goede zonbescherming? Neem een kijkje in de webshop voor meer informatie. Nog vragen? Neem dan vrijblijvend contact op!
Groetjes,
Zenzi
コメント